Hendrik Wladimir Albrecht Ernst (Wladimir) de Vries was een Nederlandse beeldhouwer. De Vries werd geboren in een schippersgezin. Als zevende zoon. De Vries voer mee met zijn ouders en was als jongen aan boord al aan het tekenen. Hoewel hij naar de kunstacademie wilde, moest hij van zijn ouders eerst de kweekschool doorlopen. In zijn kweekschooltijd ging De Vries zijn tweede voornaam gebruiken, ter onderscheiding van de andere Groninger kunstenaar met de naam Hendrik de Vries. In 1939, het laatste jaar van zijn opleiding, stapte De Vries alsnog over naar Academie Minerva, waar hij les kreeg van onder anderen Willem Valk, A.W. Kort en C.P. de Wit. Hoewel hij aanvankelijk schilder wilde worden, werd hij door Valk gestimuleerd zijn talent als beeldhouwer te ontwikkelen.
Het oeuvre van De Vries is breed: van gevelstenen, mozaïeken en muurplastieken tot verzetsmonumenten en zelfs grafstenen. Daarnaast maakte hij veel vrijstaande beelden, in brons of natuursteen. Zijn werk is vooral te vinden in de provincies Groningen, Friesland en Drenthe. De Vries werkte met name figuratief, waarbij de vrouw een vaak terugkerend thema was. Naast beeldhouwer was De Vries van 1958 tot 1963 verbonden als docent handenarbeid (MO) aan de School voor Handenarbeid in Groningen.
Vanaf de jaren zestig werd de vraag naar abstracte kunst groter, De Vries bleef echter het figuratieve werk trouw. Bij een tweetal beelden heeft hij zijn onderwerpen flink vergroot weergegeven, waardoor deze een abstracte uitstraling kregen. Dit zijn de Schakels (1967) in Oosterwolde en de Vleugelmoeren (1970) in Hoogeveen.
Bekende beeldhouwwerken van De Vries in de stad Groningen zijn het Veulen aan de Radesingel, Landbouw en veeteelt (een Stedenmaagd, onder de bevolking bekend als "Blote Bet") op de Herebrug en de Wisent in het Noorderplantsoen.
Bron: wikipedia, wladimir.genealogicus.nl