Boerderij, Korendijk 13 ’t Zandt
Ter vervangingen van de oude kop-hals-rompboerderij is in 1932 een expressief vormgegeven voorhuis voor de boerderijromp geplaatst. De boerderij is een van de mooiste voorbeelden van de Groninger variant van de Amsterdamse School in de provincie Groningen. De boerderij is een rijksmonument. De bijschuur is een apart rijksmonument.
De villaboerderij bestaat uit een voorhuis, hals, driekapschuur met aangebouwde garage en een bijschuur. De boerderij is opvallende gelegen midden tussen de bouwlanden.
Het deels onderkelderde voorhuis is opgetrokken in een licht gesinterde baksteen en wordt gedekt door een samengestelde kap met leitegels. De opzet van de plattegrond en bouwmassa is geïnspireerd op de vorm van een schip. Dit is niet alleen zichtbaar aan de buitenkant maar heeft ook geleid tot een bijzondere indeling en vorm van het interieur. De boeg van het huis wijst naar het oosten. Via de entree aan de noordzijde komt men in een centrale boegvormige ruimte van waaruit alle vertrekken worden ontsloten. In de contouren van de woonkamer is de verwijzing naar de scheepsvorm overtuigend doorgevoerd, hetgeen leidt tot een prachtig panoramisch beeld op het landschap.
Aan de buitenkant valt vooral de monumentale entree op met daarnaast de trapopgang. De uit het dakvlak wegdraaiende muur volgt de vorm van de trap. Kleine dakkappellen sieren als ornamenten op markante plaatsen het fraaie dak. Opvallend zijn de twee hoge gemetselde schoorstenen met decoratieve betonelement. Onder de verschillende karakteristieke details vallen de hemelwaterafvoeren op. De regenpijpen hebben vlak boven de grond een ingenieuze overloop voor de zuivering van het water en om verstoppingen te voorkomen.
De driekapschuur bestaat uit drie verbonden schuren waarvan de linker aan de hals is vast gebouwd en de overige korter zijn. Driekapschuur is opgetrokken in een rode licht gesinterde baksteen en wordt gedekt door drie schilddaken met wolfeinden aan de achterzijde (oostgevel) waarop golfplaten en een rij zwarte Hollandse pannen, houten uilenborden, een bakgoot op bakstenen klossen en vlechtwerk in voor- en achtergevel. Verder een rood bakstenen fries en muurankers. In de voorgevel (westzijde) van de linker schuur onder andere een tweedelige opgeklampte houten schuurdeur. In de voorgevel van de overige twee schuren drie liggende achtruits vensters en een zesruits venster. Aan de noordzijde van de linker schuur liggende zesruits vensters. Aan deze zijde is een GARAGE aangebouwd onder plat dak opgetrokken in een licht gesinterde baksteen op een rechthoekige plattegrond; halfronde garagedeuren. In de achtergevel (oostzijde) van de drie schuren centraal een niet-originele hoge schuurdeur onder een betonnen latei; links één kleinere en rechts twee kleinere schuurdeuren en een deur met bovenlichten waarin roedenverdeling. Tussen de deuren staande negenruits vensters waarboven liggende zesruits zaadvensters. In de zuidgevel van de rechter schuur liggende vensters met roedenverdeling. In de zuidgevel van de linker schuur onder andere houten luiken, een liggend achtruits venster en een staand venster.
De villaboerderij is van algemeen belang vanwege architectuur- en cultuurhistorische waarde: als voorbeeld van een villaboerderij uit de jaren dertig van de twintigste eeuw in de provincie Groningen, vanwege de opvallende vormgeving en detaillering, vanwege de hoge mate van gaafheid van het exterieur, als goed voorbeeld van het oeuvre van de architecten Benninga en Van Hoorn en vanwege de opvallende ligging midden tussen de bouwlanden.


Bijschuur
De bijschuur op een rechthoekige plattegrond is opgetrokken in een rode licht gesinterde baksteen en wordt gedekt door een schilddak met wolfeind tegen een rechte topgevel waarop niet-originele dakbedekking en een gemetselde schoorsteen. In de voorgevel (westzijde) twee samengestelde H-vensters, twee tweedelige staande vensters en een samengesteld vierruits venster in de top, alle onder strek. In de noordgevel onder andere aan de voorzijde van de krimp een smal H-venster en links achter twee niet-originele schuurdeuren.
De bijschuur is van algemeen belang vanwege architectuur- en cultuurhistorische waarde: als voorbeeld van een bijschuur uit het eerst kwart van de twintigste eeuw in de provincie Groningen, vanwege de vrij hoge mate van gaafheid, vanwege de sobere maar verzorgde vormgeving en detaillering en vanwege de functionele en ruimtelijke relatie met de villaboerderij.


Architect: Van Hoorn en Benninga