Hervormde kerk – Hoofdstraat 1 , Stedum
Deze grote 13de eeuwse kerk met robuuste toren, omgeven door een groot kerkhof, werd lange tijd gefinancierd door de adellijke families die op de nabijgelegen borg Nittersum woonden.
Pronkstuk van de kerk is de 17de eeuwse marmeren graftombe voor Adriaan Clant, een van de topjonkers van de Ommelanden. De kerk is een rijksmonument.
De forse kruiskerk is in romano-gotische stijl opgetrokken in het 3de kwart van de 13de eeuw. In de 15de eeuw werd een vijfzijdige sluiting met hoge spitsboogvensters aan het vierkante koor toegevoegd. Nog later werd tegen de noordoostkant een hoge sacristie gebouwd. De hele gevel is ingedeeld in een boven- en benedendeel, elk met aparte vensterindelingen. Het siermetselwerk en de spaarvelden met de spitsboogvensters, kenmerkend voor de romano-gotiek, zijn buitengewoon fraai uitgevoerd. In het schip zijn de oorspronkelijke ingangen – de vrouweningang in de noordgevel en de manneningang aan de zuidkant- dichtgemetseld. Een prachtig detail in de westmuur van de noorderdwarsarm zijn de dichtgemetselde openingen: waarschijnlijk kon men hier vroeger een blik doorheen werpen op de (nu verdwenen) altaren. De muren van het schip worden bovenin afgesloten door een rondboogfries.
De zware zadeldaktoren, die in het begin van de 13de eeuw werd gebouwd, is 37,5 meter hoog en evenals de toren van het nabijgelegen Loppersum van verre zichtbaar. De huidige kerk en toren stonden oorspronkelijk los van elkaar; later werd de lagergelegen verbinding aangebracht. Het ronde venster aan de westzijde is nog origineel. De toren beschikt over een klok uit 1300 en is de oudste klok van Nederland die van een jaartal is voorzien. De klok is gewijd aan Maria.
De kerk staat op een ommuurd kerkhof.
In de kerk van Stedum is bijzonder veel te zien. De meloenvormige koepelgewelven springen in het oog. In de tijd van de Reformatie werden de muur- en gewelfschilderingen als typisch rooms-katholieke elementen gezien en daarom verborgen achter een pleisterlaag. Deze oorspronkelijke schilderingen zijn na restauratie voor het grootste deel weer te bewonderen. We zien onder meer de symbolen van de vier evangelisten: de engel of mens voor Mattheus, de leeuw voor Marcus, het rund of de stier voor Lucas en de adelaar voor Johannes. Ook is Bartholomeus, de naamgever van de kerk afgebeeld, te midden van allerlei allegorische figuren en engelen. Bartholomeus stierf als martelaar, nadat hem met een mes de huid was afgestroopt. Het mes, symbool voor zijn gruwelijke dood, heeft hij duidelijk zichtbaar in de hand. Hij werd beschermheilige van herders, boeren en leerlooiers. Verder zijn afgebeeld het Lam Gods, Adam en Eva bij de boom der kennis, Johannes de Doper, twee strijders en veel symbolische voorstellingen met dieren.
Het adellijke geslacht Clant heeft ook zijn stempel gedrukt op het interieur van de NH kerk, de voormalige St. Bartolomeuskerk. Boven de wijzerplaten van de toren zijn de wapens van de familie Clant te zien. Johan Clant (1624-1694) is van de familie Clant degene geweest die in materieel opzicht het meest voor de kerk van Stedum heeft betekend. Hij liet niet alleen het grafmonument voor zijn vader Adriaan oprichten, maar zorgde er ook voor dat de kerk, in iets meer dan tien jaar tijd, verfraaid werd met een nieuwe vloer, banken, een barokke preekstoel (1671) en een groot orgel (1680 en 1788). Het grote paneel met Hercules en Minerva, dat op de plaats staat waar zich normaalgesproken het rugpositief van een orgel bevindt, komt waarschijnlijk uit de borg Nittersum. Clants rouwbord hangt in de kerk, net als dat van zijn vrouw Anna Coenders, en een portret van hem is in de pastorie bewaard gebleven. Hij werd bijgezet in grafkelder onder de kerk.
Het belangrijkste pronkstuk van de kerk is het witmarmeren praalgraf voor Adriaan Clant in 1672 gemaakt door de beroemdste beeldhouwer van de 17de eeuw, Rombout Verhulst (1624-1698). Van diens hand is ook het praalgraf van Michiel de Ruyter in de Nieuwe Kerk in Amsterdam.
Adriaan Clant (1599-1665) had vooraanstaande functies in de provinciale en landelijke politiek van de Republiek. Hij was afgevaardigde van de Ommelander Staten en een van de officiële onderhandelaars voor de Republiek bij de Vrede van Munster en ondertekenaar van het Vredesverdrag in 1648 waarmee een einde kwam aan de tachtigjarige Oorlog.
Met uiterste precisie heeft Verhulst Adriaan Clant slapend in lange kamerjas afgebeeld. Levensecht zijn de details van de plooien van zijn kleding, de rechterhand die levenloos maar bijna nonchalant over zijn buik hangt, zelfs zijn (marmeren) pantoffels hangen op zeer natuurlijke wijze een beetje af.
De graftombe is zeer bijzonder want het kwam hier nauwelijks voor dat particulieren hun overledenen met grote monumenten herdachten. Johan Clant was zeer onder de indruk geraakt van Verhulst graftombe uit 1670 in de kerk van Midwolde en wilde met de heren van Nienoord concurreren.
Verdere bezienswaardigheden in de kerk zijn de negen rouwborden van de borgbewoners en een ‘prinsenvlag’ uit 1788. De vlag werd in de patriottentijd gemaakt door de toenmalige heer van Nittersum, Gerlacius, die als prinsgezinde op deze manier de prins van Oranje (Willen V) eer wilde betonen. Ook is er een maquette van de borg Nittersum te bewonderen.