Het (voormalig) raadhuis van Appingedam is een van de kleinste renaissance-raadhuizen in Nederland.
In 1630 werd het Gildehuis van de Schutterij tot raadhuis verbouwd. De bovenverdieping kreeg een bestemming als raadhuis; de benedenverdieping diende als stadswaag. Als iedere handelsstad had ook Appingedam al in de middeleeuwen een waag. Hier werden de handelsgoederen na aankomst gewogen. Nadat de accijns was vastgesteld, werden de goederen verkocht. De waag werd tot 1825 nog gebruikt voor het wegen van varkens. De open doorgang van het gebouw is zeer bijzonder en geeft het pand een elegant karakter.
Het diepe pand heeft een schilddak en hoekschoorstenen. De rijk versierde maniëristische voorgevel heeft een halsvormige top voorzien van klauwstukken en een open segmentvormig fronton. De boogvelden boven de vensters zijn voorzien van zandstenen schelpvormen.
Tussen de kruiskozijnen van de 1ste verdieping staat in een zandstenen schelpnis een bijna levensgroot beeld van een niet-geblinddoekte Vrouwe Justitia. Boven deze kozijnen bevinden zich schelpen, een karakteristiek Gronings motief dat ook in diverse andere panden in de stad voorkomt. Boven het poortje in de voorgevel is een gebeeldhouwde vrouwenkop met het stadswapen erboven te zien. Het stadswapen van Appingedam toont een pelikaan die haar jongen voedt met eigen bloed. Het wapen is sinds de 14de eeuw in gebruik, maar werd pas officieel verleend in 1819.
Uniek is dat door een latere uitbreiding in 1825 het raadhuis aan de achterzijde is uitgebreid tot aan de Nicolaïkerk.
In 1911 werd het gebouw gerestaureerd naar plannen van A. Mulder. Bij een restauratie van 1983 heeft men de oude kaak aan de oostmuur teruggeplaatst. Sinds 1937 dient het gebouw alleen nog voor representatieve doeleinden.
In de oude raadzaal hangt een geschilderd stadsgezicht op Appingedam uit 1655, gemaakt door Claes Hendericx. De oude secretarie heeft een laat- 18de eeuwse schoorsteenboezem.
Bron: Monumenten in Nederland: Groningen. Waanders Uitgevers, Zwolle 1998